Of ik dacht dat ik zou winnen? Nee, ben je mal. Mart Smeets was genomineerd, Hugo Borst, Herman Chevrolet. En Thomas Dekker zat er ook bij. Althans het boek over Thomas Dekker, geen idee wie het geschreven heeft. Maar aan de andere kant: dat ik genomineerd was voor het Beste sportboek van 2011 volgens de kenners van Nusport.nl vond ik al zo’n triomf dat ik stilletjes dacht, ik kan zomaar ook nummer één worden.
Bij aankomst omhels ik een oude bekende, Fred Segaar, chef sport van het Haarlems Dagblad. Althans, dat was ie vroeger. Even later omhels ik, net iets inniger, Rose Mentink, verslaggever van Fiets. Ik zie Rogier van ’t Hek, de nieuwe baas van NuSport maar voorheen mijn collega bij Management Team. Geweldige gozer. Heeft gehockeyd op wereldniveau maar dat zul je uit zijn mond nooit horen. Over geweldige gozers gesproken: ik zie even later ook Dirk Jan Roeleven, van het prachtige De Nieuwe Fiets. We kennen elkaar, dus ik mag je zeggen.
Dan naar binnen in de fraaie ruimte in het Olympisch Stadion. Er is plaats voor een man of tachtig. Vlak voor me zit Stefan Groothuis, wereldkampioen sprint. Ik zie Maarten Spanjer. En Bart Jungmann. Thomas Dekker zie ik niet. Mijn grote concurrent. Die middag zag ik dat ie tot twee keer toe via twitter zijn fans had gesommeerd om op hem te stemmen. Dat zijn er al 18.000, fans van Dekker op twitter. Zijn sponsor Garmin deed hetzelfde. Ik hoop maar dat z’n fans niets met boeken hebben en het verzoek naast zich neer hebben gelegd. Naieve gedachte, als je fan bent van Thomas Dekker en hij vraagt of je in de tuin van de buurman wil pissen, dan doe je het ook. Ja, zo zijn fans.
Dan komt het moment. De enveloppe. Rogier van ’t Hek maakt hem open, presentator Frits Spits kijkt gespannen toe. “En de winnaar is: Thomas… Dekker!”
Dus toch. Ik voel een een enorme teleurstelling over me dalen, als een kletsnatte deken. Marion, mijn redacteur van de uitgeverij, kijkt me aan. “Erg teleurgesteld?” Ja, best wel, mompel ik. Ik moet eigenlijk blij zijn. Mijn boek behoort tot de top 10. Maar ja, je legt de lat steeds hoger, he? Ik was wel tweede, hoor ik later.
Even later sta ik met een biertje en praat ik met Frits Spits, met Ajax-man David Endt, met oud-collega Jeroen Mantel en realiseer ik dat ik heel erg bevoorrecht ben om hier als genomineerde te mogen staan. Bovendien, tweede is het nieuwe eerste. Nietwaar, Ron Vlaar?